Tagarchief: Duitse taal

Foute woorden

Een lezeres van mijn Duitse website heeft mij berispt, omdat ik het woord hirnrissig gebruikte, “krankzinnig, stompzinnig, idioot’. Dat vond zij beneden peil.  Inderdaad kan ik de gevoelswaarde van een Duits woord nog steeds niet altijd peilen. Ik kijk wel in woordenboeken, maar als daar staat (inf.) of (umg.), informeel of umgangssprachlich, is dat voor mij geen reden, dat woord niet te gebruiken. Ik ben graag informeel en umgänglich, ook in geschrifte, en heb altijd deftige of ouderwetse uitdrukkingen met informele gemengd; ook vroeger in Nederland al. De kunst is te weten welke informele woorden wel kunnen en welke niet. In het Nederlands heb ik daarvoor een neus, in het Duits niet. Daarom ben ik in principe blij met de reactie van de lezeres, maar nu kan ik weer niet inschatten of het misschien aan haar persoonlijk ligt dat zij hirnrissig niet gepast vindt. Merkwaardig is dat de persoon, die intussen geleidelijk aan mijn Duitse teksten nakijkt, er niet over gevallen was; en dat is een strenge schoolmeester van de ouderwetse soort.
Natuurlijk zijn er woorden die niet kunnen. ‘Dan drinken we nog een borreltje’ — brrr, dat woord zou ik nooit uit mijn mond krijgen, en zulke zijn er in het Duits ook, al schiet mij er nu geen te binnen. Ja, toch: Weiber kun je niet zeggen. Ik heb in het begin een ernstige fout gemaakt door dat woord te gebruiken. Hier en daar las ik het en je hoorde over Weiberfastnacht spreken; daarom dacht ik dat het een synoniem voor ‘vrouwen’ was. Maar los mag je dat woord nooit gebruiken, het is tegenwoordig zeer geringschattend. Toen ik het eens gebruikte begreep ik uit de gelaatsuitdrukking van een gesprekspartner (een man, overigens), dat het niet goed zat.
Als nieuw aangekomen buitenlander in Duitsland leerde ik veel sneller woorden van de straat dan voorname uitdrukkingen. En dat ofschoon ik nooit op straat kwam en niet in ordinaire kringen verkeerde. In de volgende fase leer je dat deze pas verworven woorden eigenlijk niet gebruikt horen te worden. Goed, dan leer je ze weer af. Maar in fase drie merk je dan dat jij ongeveer de enige bent die zo’n woord niet gebruikt en ‘iedereen’ het wél doet.
Woorden die het woordenboek (vulg.) noemt, vulgair, die gebruik ik niet. Maar wat hoorde ik laatst de ongelooflijk keurige, altijd in onberispelijk mantelpak gestoken mevrouw K. zeggen? Er kann mich mal kreuzweise! Foei, mevrouw K.
.
Het is ook nooit goed. Toch zou dit in Engeland nog véél moeilijker zijn, met al die subtiele standsverschillen.

14 reacties

Opgeslagen onder Duitsland