Als u belangstelling hebt voor Oude Geschiedenis weet u wel wat over Perzië. Achaemeniden, Cyrus, Persepolis, Ahasverus, Darius, enorm en machtig rijk, slag bij Thermopylae, Xerxes’ mislukte poging Zuid-Griekenland te veroveren. Een rijk dat Alexander der Grote tenslotte in etappes heeft verslagen en door zijn eigen wereldrijk heeft vervangen: de slag bij Issus 333, bij Gaugamela 331 v. Chr. Maar van wat er daarna kwam hebt u waarschijnlijk weinig notie. Seleuciden, Arsaciden, Gondishapur anyone? In de Oude Geschiedenis, die traditioneel vooral de Grieks-Romeinse wereld behandelt, kwam allicht de naam Parthen nog kort ter sprake, de Perzen die eeuwig oorlog voerden met de Romeinen. Daarna doemde Perzië weer even op bij de Arabische verovering in ± 640, maar dat was maar heel kort, want de Arabieren maakten voorgoed een eind aan dat rijk. Perzië, ofwel Iran, viel voortaan onder ‘de Islam’, en dat is een ander hoofdstuk.
De historici onder u weten natuurlijk meer dan de anderen. Maar degenen die bij voorbeeld in 2018 de Iran-tentoonstelling in Assen hebben bezocht, hebben hun kennis ook kunnen vergroten. Voor hen staat nu waarschijnlijk de Sassaniden-dynastie duidelijker op de kaart, al was het alleen al door het prachtige zilverwerk dat daar getoond werd.
.
Over de behandeling van Perzië in onze Oude Geschiedenis heb ik onlangs veel belangwekkends gevonden in twee boeken, die ik allebei aanbeveel en vertaling in het Engels toewens:
– Jona Lendering, Xerxes in Griekenland. De mythische oorlog tussen Oost en West, Utrecht (Omniboek) 2019. 208 blzz.
– Thomas Bauer, Warum es kein islamisches Mittelalter gab. Das Erbe der Antike und der Orient, München (Beck) 2018, paperback 2020. 175 blzz.
Ik begin maar met Bauer. De vraag van zijn titel: waarom er geen islamitische middeleeuwen waren, is ook heel belangrijk, maar ik wil het nu even hebben over het vergeten Perzië. Hij heeft (blz. 90–99) een onderzoekje gedaan in twee gezaghebbende en wijd verbreide Duitse algemene geschiedwerken,1 en moest constateren dat Perzië tussen de val van het rijk in 331 v. Chr. en de verovering door de Arabieren ± 640 na Chr. in die boeken straal genegeerd wordt. Een kleine duizend jaar worden dus niet behandeld. Hier daar een halve bladzij over handelscontacten en over de oorlogen tussen de Parthen en het Romeinse Rijk, maar verder niets! Alsof het Perzische Rijk helemaal niet bestond, of nooit iets anders deed dan Romeinen dwarszitten. Natuurlijk zijn er specialisten die beter weten, maar dit zijn twee algemene inleidingen en daarin verdienden duizend jaar Perzische geschiedenis blijkbaar geen plaats. Tussen de Mediterrane wereld en India lag kennelijk een vacuum, en niet zo’n kleintje ook. Perzië besloeg immers ook Irak, Pakistan, Afghanistan en delen van Centraal-Azië.
.
Om te begrijpen hoe dat zo gekomen is kunt u bij Jona Lendering terecht. Die vertelt in zijn Xerxes gedetailleerd over diens veldtocht tegen de Zuidgriekse stadstaten, over zijn enorme leger en vloot, over de slag bij Thermopylae (480 v. Chr.), over zijn plundering van Athene en hoe hij bijna vaste voet had gekregen in Zuid-Griekenland, maar toch onverrichterzake terug moest keren, waarna enige Griekstalige gebieden en eilanden zich uit zijn rijk wisten los te maken. Maar let op de ondertitel van het boek: de mythische oorlog tussen Oost en West.
.
In de negentiende, eigenlijk al in de achttiende eeuw, zag men de strijd van de oude Grieken tegen de Perzen als een clash of civilisations, al heette het nog niet zo. Perzië was het verachtelijke oosten, pervers en verwijfd, een akelige despotie met een zwemmerige religie, terwijl onze marmerblanke Griekse voorvaderen stonden voor alles wat goed en mooi was: vrijheidszin, democratie, rationaliteit, wetenschap. In extreemrechtse kringen, die wat minder in democratie en wetenschap geïnteresseerd zijn, worden de Griekse deugden tegenwoordig soms samengevat als moed, eer en trouw. Terwijl de Grieken als leeuwen vochten uit liefde voor de vrijheid en het vaderland, waren de Perzische soldaten alleen met zweepslagen vooruit te branden—voor wie het gelooft.
Onze cultuur, zo dacht men, had nooit bestaan als Xerxes met zijn Perzen toen Zuid-Griekenland hadden ingelijfd. Dan hadden we geen democratie, geen Olympische spelen en geen schoolvak wiskunde gehad. Onze beschaving is maar op het nippertje gered, want in een door Perzië bezet Athene was het zowel met vrijheid als met rationaliteit en wetenschap gedaan geweest. Geen wonder dat deze mythe bloeide in de negentiende eeuw, de tijd van het oriëntalisme, toen het beschaafde Europa zich contrasteerde met een verachtelijke en te onderwerpen ‘despotische’ Oriënt.
Maar de oorlog tegen Xerxes was geen Oost-West conflict. De Griekse strijdbond die uit verschillende stadstaatjes bestond, was maar moeilijk bij elkaar te houden. Verschillende staatjes wilden niet mee doen, andere deden wel mee, maar hadden in hun hart veel sympathie voor Perzië; verraad was er ook en toen Xerxes weer weg was kregen ze het onderling weer aan de stok. En hoe meer we over de Oudheid leren, des te beter begrijpen we dat die clash of civilisations helemaal niet bestond. Griekenland heeft in de oudste Oudheid enorm veel geleerd van Egypte en Babylonië, waar de wetenschap op een zeer hoog niveau stond. Het Griekse schrift stamt af van het Phoenicische. De Griekstalige gebieden in Klein-Azië en op Cyprus die onder Perzisch gezag vielen hadden directe toegang tot de Perzische cultuur. Wat later waren het de Grieken die hun beschaving en wetenschap naar Egypte en het Oosten brachten. In het algemeen kan men spreken van een grote mengcultuur, waarin er nauwelijks grenzen waren.
.
Die mythe van de oorlog tussen Oost en West is al honderd jaar onttakeld, maar duikt in half-ontwikkelde kringen toch telkens weer op, en daarom is het goed dat Lendering, met name in zijn slothoofdstuk, naar de oorsprong daarvan heeft gespeurd.
Hij begint bij de Spartaanse koning Leonidas, die bij Thermopylae gesneuveld was. Dat was pijnlijk: de aanvoerder van een soldatenvolk, die bovendien een afstammeling van de halfgod Heracles was. Herodotus meldt echter een orakel uit Delphi, dat kort na(!) deze ramp moet zijn bedacht. Daarin werd de koning voorzegd dat hij óf zelf het leven zou laten óf zijn stad vernietigd zou zien. Leonidas kon dus niets eervollers doen dan zich opofferen om zijn stad te redden. Zo werd de eer gered en de bitterheid van zijn dood enigszins verzoet. Herodotus bericht echter ook over een gesprek van een Spartaan in Perzische dienst, die aan de koning uitlegt hoe het zit met de Spartanen. ‘In een tweegevecht weren zij zich even goed al ieder ander, maar als totale strijdmacht zijn zij onverslaanbaar. Ze zijn wel vrij, dat is waar, maar niet in elk opzicht, want zij gehoorzamen aan een heer. En die heer is de wet!’ De gesneuvelde Leonidas had dus die wet gevolgd, wat ook heel nobel was. Die wet heeft ook volgens het grafschrift van de gesneuvelde Spartanen de hoofdrol gespeeld: ‘Vreemdeling, meld de Spartanen dat wij hier liggen, overtuigd van hun woorden.’2 Dat laatste kan ook worden begrepen als: gehoorzaamd hebbend aan hun wetten. In de vertaling van Cicero klinkt het meteen een stuk pathetischer: ‘… terwijl wij de heilige wetten van het vaderland gehoorzaamden.’ 3 De Griekse dichter Pindaros riep uit over een ander slagveld in deze oorlog: ‘Dit is waar de zonen der Atheners het roemrijke fundament van de vrijheid legden.’4 Die oorlog werd dus steeds mythischer, en dat ging nog door in de achttiende en negentiende eeuw, toen dit werd opgepakt in Europa. Het contrast tussen het dappere, vrijheidslievende, democratische Griekenland en het verachte Perzië werd steeds groter.
.
Die afkeer en verachting zullen ervoor hebben gezorgd dat Perzië uit de populaire geschiedschrijving verdween. In de tijd van Xerxes en van Alexander de Grote mocht Perzië een rol spelen, namelijk als de vijand die nederlagen leed. Maar in de volgende duizend jaar, onder de Seleuciden, Parthen, Arsaciden en Sassaniden, was Perzië wederom een sterk rijk met een bloeiende economie en beroemde centra van wetenschap, bij voorbeeld in de Academies van Nisibis en Gondishapur, waar de grondslagen voor de moderne geneeskunde werden gelegd, terwijl men in het Oostromeinse Rijk liever debatteerde over de naturen van Christus. Sterke, succesvolle Perzische rijken pasten echter niet bij de Europese visie op de Oudheid; daarom moesten zij vergeten worden.
.
Het zou me niet verbazen als die oude houding ook in onze tijd een rol speelt. Perzië, nu meestal op zijn Perzisch Iran genoemd, wordt als vijand gezien: het moet bestraft worden, waarvoor dan ook, en het liefst vernietigd.
NOTEN
1. H.J. Gehrke, Geschichte der Welt. Die welt voor 600, en dtv-Atlas Weltgeschichte.
2. Simonides: Ὦ ξεῖν᾿, ἀγγέλλειν Λακεδαιμονίοις ὅτι τῇδε κείμεθα τοῖς κείνων ῥήμασι πειθόμενοι.
3. Cicero, Tusc. Disp. (i, XLII, 101): Dic, hospes, Spartæ nos te hic vidisse iacentes, dum sanctis patriæ legibus obsequimur.
4. Plut. de Herod. 34: ὅθι παῖδες Ἀθαναίων ἐβάλοντο φαεννὰν κρηπῖδ᾽ ἐλευθερίας.
Zie ook: Vergeten Oudheden: Syrisch.
Vind ik leuk:
Like Laden...