Ooit was ik docent aan een universiteit; weliswaar niet in Moderne Geschiedenis, maar ik meen daar toch genoeg van te begrijpen om het antwoord op onderstaande tentamenvraag te kunnen beoordelen:
Why did Germany lose the First World War?
There is no one answer to this question as there were many factors that contributed to Germany’s defeat in the First World War. Some of the reasons that have been suggested include the following:
- The economic blockade imposed on Germany by the Allies prevented the country from accessing vital resources and supplies, which put them at a disadvantage.
- Germany was fighting a two-front war against both the Allies in the west and the Russians in the east, which stretched the resources thin.
- The United States entered the war in 1917 on the side of the Allies, providing them with much-needed manpower and supplies.
- The German army was ultimately defeated on the Western Front by the combined forces of the Allies.
Ik zou wel blij zijn met een student die zo’n antwoord gaf; die verdient een hoog cijfer. Eén, twee fouten in het Engels, maar veel beter dan hoe studenten tegenwoordig schrijven. De inhoud is verheugend beknopt en toch veelzijdig. Er worden maar liefst vier redenen genoemd. Er zijn er misschien meer, maar er wordt niet beweerd dat dit uitputtend is, of dat het allemaal waar is. Dit overzichtje is zeker genoeg voor een negen of zelfs een tien.
Maar waar is de student die ik kan verblijden met dit hoge cijfer? Die bestaat niet, want het bovenstaande antwoord is geschreven door een algoritme.
Toen ik nog aan de universiteit werkte begonnen studenten juist met het plagiëren van teksten uit het internet. Nu hoeven ze dat blijkbaar niet eens meer zelf te doen: een algoritme duikt in alles wat er over een bepaald onderwerp geschreven is, vat dat keurig samen en houdt beschaafdheidshalve nog een slag om de arm. Of nou ja: duikt in bijna alles. U kunt zich wel voorstellen hoe een Chinese algoritme te werk zal gaan als er bij voorbeeld gevraagd wordt waarom het geboortecijfer onder de Oeigoerse bevolking de laatste jaren zo is gedaald. Maar ook zonder zulk leugenachtig gedoe is het al erg genoeg. Studenten hoeven dus niets meer zelf te weten of te begrijpen, hoeven zich door lezen geen kennis meer te verwerven. Dat komt mooi uit, want ze houden toch al niet van lezen.
Als er in de toekomst nog iets van een universiteit bestaat zullen daar heel andere dingen worden gedaan dan ‘in mijn tijd’. Wat precies kan ik me niet eens voorstellen. Gelukkig maar, want ik ben er intussen al tien jaar weg.
Het bovenstaande heb ik gevonden bij de historicus Charles West.